Voetbalveld tussen de knollen

In het gesprek over duurzaamheid loopt de biologische sector vaak voorop, in de verbreding van het gesprek spelen er echter nog genoeg vragen. In het traject ‘hoe lokaal is lokaal bij biologisch’ hebben drie boeren hun vragen ingebracht en een jaar lang samen met een kunstenaar opgelopen. In een jaar tijd leerden de kunstenaars de boeren kennen, verkenden ze hun uitdagingen en behoeften en vertaalden ze dit naar een concreet concept. De vraagstukken gaan allen over lokale processen en korte ketens, de resultaten brengen inzichten vele malen groter dan dat. We praatten na met Annemieke van Supermarkt in het Bos en filmmaker/architect Jord den Hollander.

De casus

Supermarkt in het bos is een biologische boerderijwinkel en melkveebedrijf in Raalte. Ze verkopen in hun winkel rauwe melk en vlees van hun eigen koeien. Ook hebben ze een eigen kaasmakerij. In hun winkel proberen ze zoveel mogelijk lokale producten (ze hebben zo’n 30 lokale leveranciers) te verkopen. Ze vinden het jammer dat lokale leveranciers niet kunnen leven van lokale afzet alleen.


Fotografie: Stefan Kemper.

Hun vraagstuk: Hoe krijgen we het voor elkaar dat meer klanten lokaal gaan kopen? Hoe zien klanten wat de meerwaarde is van een lokaal product? Voor welke aspecten zijn ze bereid te betalen?

Kunst mag (moet) schuren

Annemieke en Henrieke zijn gewend om in gesprek te zijn met hun klanten en vragen altijd om feedback. Nadenken over hun bedrijf en kritisch kijken naar activiteiten en keuzes is daarmee niks nieuws, toch voelden ze de behoefte om zich open te stellen voor een ontwerpproces met een kunstenaar. “Het traject stond voor ons in het teken van loslaten, dat was soms lastig maar vooral aantrekkelijk. We zijn gewend om toch met een commerciële insteek in ontwerpprocessen te stappen; als je een investering doet hoop je dat daar geld uit komt. In dit traject konden we dat loslaten en ons laten verrassen door de uitkomst. Dat was spannend en leuk!” Precies die openheid is waar Jord van onder de indruk is, hij ervaart het dan ook als ongelofelijk positief dat Annemieke en Henrieke openstaan voor nieuwe ideeën en perspectieven, ondanks hun drukke bestaan.

De match met Jord den Hollander was niet vanzelfsprekend; Jord was namelijk als enige kunstenaar te laat bij de matchmakingsessie. Gelukkig compenseerde het eerste gesprek voor die eerste indruk, omdat Jord de vraag en behoefte van Supermarkt in het Bos heel serieus nam, echt luisterde en zich verdiept had. Jord legt uit dat de vraagstukken die de boeren hadden ingebracht echt enorm complex zijn en dat een project opstarten daarmee niet licht opgenomen kan worden. “Eigenlijk is zo’n vraagstuk niet iets waar je als kunstenaar verantwoordelijk voor kan zijn. Het is zo complex, hoe moet je daar op reageren? Ik kan er niet eens een oordeel over geven.” Vanuit nieuwsgierigheid is Jord zich breed gaan oriënteren om tot een passend concept te komen waarmee Supermarkt in het Bos een volgende stap kan zetten.

De kwaliteiten die Annemieke en Henrieke in Jord zagen tijdens dat eerste gesprek, bleken waardevol in het hele proces. “Jord luistert en zoekt naar wat mensen beweegt, Jords reflectie heeft zelfs nieuwe inzichten gebracht over wat ons beweegt als ondernemer.” De vertaling van die inzichten naar het concept kwam af en toe in onverwachte vorm, maar omdat kunst mag schuren lukte het Annemieke en Henrieke om het te laten gebeuren.

‘De maat van alle dingen’

De oppervlakte van landbouwgrond wordt normaliter uitgedrukt in hectare, een term die niet direct tot de verbeelding spreekt. Een andere manier van kijken naar die grond helpt mensen om de impact te gaan zien van wat er op die grond gebeurt. Iedereen heeft een gevoel bij een voetbalveld; de grootte en aantrekkingskracht, de verbinding met gezondheid en sociale cohesie. Een klein groenteakkertje op het terrein van Supermarkt in het Bos is als voetbalveld ingericht; compleet met goals, dug out en reclameborden. In plaats van gras, groeien er groentes. “Het is een totaal ander beeld” legt Jord uit en veel mensen zien nu het verband tussen de grootte van zo’n voetbalveld en de hoeveelheid groentes die erop kunnen groeien.

Oppervlaktes beleefbaar en relateerbaar maken maakt dat het besef van ruimte groter wordt, en daarmee de impact die de mens op ruimte kan hebben. Jord gebruikt hier een (oud-Grieks) Sofistisch begrip voor: “de maat van alle dingen’. Het concept van het creëren van een voetbalveld op de akker is hiermee niet smaller dan de complexiteit van het vraagstuk; de vervreemding van zo’n voetbalveld als groenteakker nodigt uit om anders naar het landschap te kijken. Die andere blik heeft ook gemaakt dat Annemieke geleidelijk anders naar de wereld om haar heen is gaan kijken.

“Ik had nooit gevoel bij de uitdrukking van een voetbalveld als aanduiding van oppervlakte, Jord heeft het zichtbaar en voelbaar gemaakt en dat helpt om zaken met een andere blik te begrijpen.” Annemieke

Het verbinden van het concept van een voetbalveld en landbouwgrond schuurt; biologisch eten en het imago van de (amateur) voetbalwereld gaan niet per definitie samen. Juist dat schuren en de herkenning maakt dat het concept enorme potentie heeft; de combinatie van de twee werelden maakt mensen nieuwsgierig. Het plan van Jord is daarmee perfect gebleken als manier om met mensen in gesprek te komen. Annemieke vertelt: “Mensen wandelen over het bospad langs de akker, zien de goals en reclameborden en nemen een omweg via de winkel omdat ze nieuwsgierig zijn geraakt naar het verhaal achter het bijzondere aanzicht. We hebben al veel leuke gesprekken gehad met wandelaars.” Het voetbalveld bewijst zich als instrument om het verhaal van Supermarkt in het Bos te vertellen en nieuwe mensen op het erf te ontvangen. Jord heeft met het plaatsen van het voetbalveld een bal voorgelegd die ingekopt kan worden door middel van het organiseren van tal van activiteiten, evenementen en media-aandacht. “Er staan een hoop leuke dingen te gebeuren!,” deelt Annemieke enthousiast.

 

In samenwerking met BioNext en Kunstenlab werden drie kunstenaars gekoppeld aan drie agrarische ondernemers voor het traject ‘hoe lokaal is lokaal bij biologisch’. De resultaten werden gedeeld op de BioBeurs 2020.